Napaykullayki
Door: Tio Stijn
22 Juli 2005 | Peru, Cusco
First of all I would like to apologies to all my non-Dutch speaking friends for not writing any of my stories in English. The decision to write in my mother tongue wasn´t just one based on my simple lack of English skills, but was merely a decision in order to avoid a complete identity crisis. Traveling around the world for 11 months has given me the opportunity to get an insight look in many different cultures, but it also gave me a better understanding of who I am, where I am from and to which culture I belong. I hope you have all enjoyed my pictures and maybe even brushed up on your Dutch. I´ll be home in a week, anyone wanting to visit for a private session of Dutch classes or a personal translation of my stories is more than welcome to come and stay!
05.00 uur ´s morgens. 4300m. -18°C. Ik ben in het zuidwesten van Bolivia, tegen de Chileense grens, in een landschap van uitgestrekte zoutvlakten, rokende vulkanen, rode en groene meren en piepkleine nederzettinkjes die bestaan uit niet meer dan 3 huizen, 2 boeren en 1 koe. Het landschap is buitenaards mooi en mijn lichaam is na een snelle duik in een van de bevroren meren aards koud!
Vanuit het zuiden reis ik via de hoogst gelegen stad ter wereld, Potosi, naar de hoofdstad La Paz, een metropolis die gelegen is tussen de hoge, eeuwig besneeuwde toppen van de Andes. Samen met een lokale gids ga ik een 3-daagse tocht aan om een van deze heuveltjes, met een hoogte van 6088m, te beklimmen. Zonder enige twijfel de zwaarste lichamelijke inspanning die ik ooit geleverd heb. De laatste dag vertrekken we om middernacht om met de zonsopgang op de top te zitten. Stap voor stap, maar buiten adem alsof ik een marathon aan het rennen ben, loop ik, met een touw verbonden aan mijn gids, door het donker van de nacht over het krakende ijs. De laatste 100 meter is stijl omhoog langs een wand van lichtblauw gekleurd ijs. Met mijn pikhouweel in mijn bevroren handen hak ik mezelf meter voor meter tot aan de top. Ik ben kapot en voel me aardig ziek door de hoogte, maar de flikkerende lichtjes in de diepte van het wakker wordende La Paz en de knaloranje zon die langzaam boven de wolken uitstijgt, doen me even vergeten dat ik in de vrieskou naar zuurstof zit te snakken op een misselijk makende hoogte. Een barre tocht, die ik iedereen zou aanraden, maar nooit meer zelf zou ondernemen.
Peru, het land van de Incacultuur, is het laatste land dat ik tijdens deze reis bezoek. De welbekende Incaroute naar Machu Pichu sla ik bewust over. Ik heb geen behoefte om hand in hand met ontelbare toeristen, voor zo´n 300 dollar, naar boven te lopen. In plaats daarvan zoek ik mijn eigen Incaroute. Ik huur campingspullen en trek er in mijn eentje op uit. Na 5 dagen lopen door diepe dalen en hoge pieken, langs dorpjes waar kinderen me nog aankijken alsof ze vuur zien branden en over maagdelijke sneeuwvlaktes kom ik om 06.00 uur 's morgens aan bij Machu Pichu. Een plek zo vol mystiek, perfectie en energie dat ik er eigenlijk niets meer over kan schrijven behalve dan dat ik me afvraag hoe Zuid-Amerika er uit gezien had waren die paellakoppen hier zo`n kleine 500 jaar geleden niet binnen gevallen.
Nog één week! Wie zegt dat snikken niet van blijdschap kan zijn.....
05.00 uur ´s morgens. 4300m. -18°C. Ik ben in het zuidwesten van Bolivia, tegen de Chileense grens, in een landschap van uitgestrekte zoutvlakten, rokende vulkanen, rode en groene meren en piepkleine nederzettinkjes die bestaan uit niet meer dan 3 huizen, 2 boeren en 1 koe. Het landschap is buitenaards mooi en mijn lichaam is na een snelle duik in een van de bevroren meren aards koud!
Vanuit het zuiden reis ik via de hoogst gelegen stad ter wereld, Potosi, naar de hoofdstad La Paz, een metropolis die gelegen is tussen de hoge, eeuwig besneeuwde toppen van de Andes. Samen met een lokale gids ga ik een 3-daagse tocht aan om een van deze heuveltjes, met een hoogte van 6088m, te beklimmen. Zonder enige twijfel de zwaarste lichamelijke inspanning die ik ooit geleverd heb. De laatste dag vertrekken we om middernacht om met de zonsopgang op de top te zitten. Stap voor stap, maar buiten adem alsof ik een marathon aan het rennen ben, loop ik, met een touw verbonden aan mijn gids, door het donker van de nacht over het krakende ijs. De laatste 100 meter is stijl omhoog langs een wand van lichtblauw gekleurd ijs. Met mijn pikhouweel in mijn bevroren handen hak ik mezelf meter voor meter tot aan de top. Ik ben kapot en voel me aardig ziek door de hoogte, maar de flikkerende lichtjes in de diepte van het wakker wordende La Paz en de knaloranje zon die langzaam boven de wolken uitstijgt, doen me even vergeten dat ik in de vrieskou naar zuurstof zit te snakken op een misselijk makende hoogte. Een barre tocht, die ik iedereen zou aanraden, maar nooit meer zelf zou ondernemen.
Peru, het land van de Incacultuur, is het laatste land dat ik tijdens deze reis bezoek. De welbekende Incaroute naar Machu Pichu sla ik bewust over. Ik heb geen behoefte om hand in hand met ontelbare toeristen, voor zo´n 300 dollar, naar boven te lopen. In plaats daarvan zoek ik mijn eigen Incaroute. Ik huur campingspullen en trek er in mijn eentje op uit. Na 5 dagen lopen door diepe dalen en hoge pieken, langs dorpjes waar kinderen me nog aankijken alsof ze vuur zien branden en over maagdelijke sneeuwvlaktes kom ik om 06.00 uur 's morgens aan bij Machu Pichu. Een plek zo vol mystiek, perfectie en energie dat ik er eigenlijk niets meer over kan schrijven behalve dan dat ik me afvraag hoe Zuid-Amerika er uit gezien had waren die paellakoppen hier zo`n kleine 500 jaar geleden niet binnen gevallen.
Nog één week! Wie zegt dat snikken niet van blijdschap kan zijn.....
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley